12 Cleas Jansson, model

Vanochtend belde een oud leerling van mij. Ze volgt mij min/meer op facebook en zag – zoals ze zei – ‘prachtige portretten langskomen.’

Ze wilde graag weten hoe mijn werkwijze was.

Ze was vol lof over wat ik maakte.

Dit noem ik de ‘goedheid‘ van het leven.

Gisterenavond was er de protret-avond bij Tronie. Claes , een Noorse man, poseerde terwijl hij gitaar aan het spelen was.

Ik was wat terneergeslagen; een gevoel van mislukking. Niet zo fors als het woord zou willen suggereren, maar toch voldoende om op een bepaald moment met tranen in mijn ogen te zitten.

Ik ben niet goed genoeg..’ ( Dat huilerige komt misschien ook van de enorme shot aan verdoving die ik de dag ervoor bij de tandarts had gekregen. Ik gebruik nooit medicijnen, zelfs geen paracetamol en dan kun je hier raar op reageren. )

Het kind in de kunstenaar, dat denkt nooit te kunnen voldoen ( aan eigen verwachtingen).

Dan verman ( ver-vrouw) ik mi; niet miezeemuizen, gewoon doorgaan.

Uiteindelijk was ik wel wat tevreden over wat ik had gedaan.

De oud-cursist had gisterenavond terwijl ik wat in mineur was gebeld.

Ik zie het als een lijntje met God; of je mag het ook anders noemen.

In het boeddhisme noemt met het ‘de goedheid van het leven.’

Als het echt is, het verdriet, de onzekerheid of wat doen ook: er komt altijd hulp.

Dat is mooi.

Ton, een van de schilders in de groep, suggereerde op mijn vraagteken ‘Hoe verder? ( na het afsluiten van de honderd dagen) om bijvoorbeeld ‘handen‘ te gaan doen.

Ik vind dit wel een mooi idee.

Het kan tegelijkertijd een verkenning van materialen zijn, de oude meesters. En handen zijn de moeite waard om te oefenen.

De commitment om elke dag te tekenen, is iets om vast te houden, denk ik.

Later meer hierover.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *