333 Paul de Leeuw (2)

Vandaag meer prioriteit aan de tekening. Al doende leren we. ha.

Het is belangrijk de tweedimensionaliteit van een kop vast te houden.

Als ik met het rechteroog bezig ben en zit te knoeien, moet ik terug naar het vlees. ( niet de lijnen)

Voelen hoe de oogbol in de oogkas zit. Levende materie. Anders ga ik prutsen. ha.

Ik vind het geen makkelijke kop om te tekenen. Waar komt dit door?

Misschien omdat er weinig houvast is en het tegelijkertijd een heel uitgesproken gezicht is.

Dit betekent waarschijnlijk dat wat er staat goed moet zijn. Je kunt niet ‘knoeien.’

Is het hetzelfde als met baby’s? Ook dat is moeilijk tekenen.

Je moet je voor een portret ontzettend concentreren!

Het is een constant verbinden met het totale beeld. Ook al kan het ’totale beeld’ een klein onderdeel van het portret zijn.

Het is de kwaliteit van de rechterhersenhelft om relaties te zien en te tekenen.

Als ik dit loslaat en bijvoorbeeld alleen een ‘oogbol’ teken, dan wordt mijn lijn strak en nietszeggend.

ik moet elke keer weer de relaties van de lijnen ( en vlakken) onderling bekijken.

Ik ervaar dat dit een ander ‘kijken’ is wat ik zelfs in mijn lichaam voel.

Het is alsof je ‘om het hoekje’ van de werkelijkheid kijkt. ( of wat je denkt dat de werkelijkheid is ha)

Het dwingt me om uit het strakke keurlijf van het ‘weten’ te stappen en mij te begeven in een werkelijkheid waar alles met alles is verbonden.

Dat vraagt om een ander kijken. En zoals ik het ervaar; energetisch je in een andere ‘wereld’ te begeven.

Vandaag zit de Leeuw er beter in. Nogmaals; geen gemakkelijke kop.

Omdat de mond zo belangrijk voor de uitdrukking is; de contouren zijn vaag en dun.

Dit betekent heel erg kijken naar hoe zijn de schaduw- en lichtvlakken.

Omdat ik morgen druk met Paasbezoek ben, ga ik vandaag (hoop ik) de tekening nog met pen en eventueel met aquarel bewerken.

Een Paal de Leeuw in fasen ha.